Kokosvet
De Lekkere Kokosnoot
Bron: BioGezond
Kokosnoten roepen bij velen het beeld op van een exotische vakantie aan tropisch witte stranden met een lekkere cocktail binnen handbereik. Maar deze heerlijke noten hebben veel meer in petto: voedingswetenschappers wijzen steeds meer op de rijke voedingswaarde ervan. Zowel de bijzondere en zeer waardevolle kokosolie als het lekkere kokosmeel vormen een ware verrijking voor de keuken en kunnen op verschillende vlakken voor onze gezondheid van nut zijn.
Verzadigde vetten zijn belangrijk en niet ongezond!
In BioGezond hebben we er al meermaals op gewezen dat de kwaliteit van de vetten die we in onze voeding gebruiken zeer belangrijk is voor onze gezondheid. Daarnaast hebben we al vaak benadrukt dat zowel de onverzadigde vetten als de verzadigde vetten belangrijk zijn en dit in een evenwichtige verhouding. De onverzadigde vetten moeten ondermeer de voor verschillende lichaamsfuncties belangrijke essentiële omega-3-en omega-6-vetzuren aanleveren, maar hebben het nadeel dat ze door hun onverzadigde, elektronenrijke bindingen vrij vatbaar zijn voor de inwerking van vrije radicalen en dat ze gevoelig zijn voor verhitting. Verzadigde vetten hebben we evenzeer nodig in het lichaam en door hun verzadigde bindingen hebben ze het grote voordeel dat ze stabieler, minder oxidatiegevoelig en meer hittebestendig zijn dan onverzadigde vetten.
Verzadigde vetten misverstand
Helaas, er is een groot misverstand dat nog steeds door de media, door de margarine-industrie en door de klassieke dieetleer in leven wordt gehouden wordt: namelijk het feit dat onverzadigde vetten altijd gezond zouden zijn, terwijl verzadigde vetten complete boosdoeners zouden zijn. Deze “vethypothese” die in de jaren ’50 werd gelanceerd en die stelde dat verzadigd vet (en cholesterol) verantwoordelijk zou zijn voor hart-en vaatziekten, is dan ook totaal verkeerd en inmiddels volkomen weerlegd door wetenschappelijk onderzoek! Bevolkingsgroepen die vooral verzadigde vetten eten, vertonen minder hart-en vaatziekten dan naties die vooral onverzadigde vetten eten. Bijvoorbeeld de Filippijnen, die heel veel (plantaardig) verzadigd vet gebruiken tellen maar 1/5 van de hartdoden in vergelijking met België. Ook ziet men dat de vetten in het beslag van dichtgeslibde slagaders voor 74% bestaan uit onverzadigde vetten en voor 24% uit verzadigde vetten. Een belangrijk ander argument is ook het feit dat het vet in de natuurlijke topvoeding die moedermelk toch is, voor 45 a 50% verzadigd is. Verzadigde vetten versterken ondermeer het immuunsysteem en zouden dan ook tot 50% moeten uitmaken van de totale vetinname. En hier komt de bijzondere kokosnoot op de proppen: dit is een topbron van plantaardig verzadigd vet dat zich onderscheidt van de meest dierlijke verzadigde vetten door het feit dat een groot deel van die verzadigde vetten gemakkelijk verteerbare en op andere terreinen zeer interessante middellangketenige vetzuurketens (Medium Chain Fatty Acids) zijn, die bovendien niet samen zitten met cholesterol.
Bijzonder vetprofiel met veel MCFA’s
Minstens 95% van de vetzuren die we in de olie vinden zijn verzadigd en minstens 75% daarvan zijn de zogeheten Medium Chain Fatty Acids (MCFA’s) of middellangketenige vetzuren. Deze vetzuren, geheten capronzuur, caprylzuur, caprinezuur, laurinezuur en myristinezuur, onderscheiden zich van de langketenige verzadigde vetzuren (die we ondermeer in vlees, gevogelte, noten, zaden en zuivel aantreffen) door een kortere keten, wat hen een aantal zeer interessante eigenschappen oplevert die we verderop uit de doeken zullen doen. Voor de volledigheid: in kokosolie zitten ook 8,2% van het langketenig verzadigd vetzuur palmitinezuur, 5,8% van het mono-onverzadigd vetzuur linolzuur (LA, een omega-6-vetzuur), fytosterolen, vitamine E en vitamine K. Er zit geen cholesterol in kokosolie.
De absolute topper om te verhitten
Een eerste eigenschap die kokosolie zo bijzonder maakt, is het feit dat deze olie de meest stabiele is van alle plantaardige oliën en het beste verhitting verdraagt! Ze bevat namelijk 86,5 g op 100g een zeer hoog aandeel verzadigde vetten, die zeer stabiel zijn bij verhitting tot 180 graden en ze bevat met 1,8 g op 100 g een uiterst laag gehalte aan oxidatiegevoelige meervoudig onverzadigde vetzuren.
Kokosolie is bijvoorbeeld 5 maal minder oxidatie gevoelig dan olijfolie, een olie die nochtans eenmalig als bakolie kan gebruikt worden.
Kokosolie is dan ook de ideale olie om te verhitten (bakken, braden, wokken en frituren), hierbij absoluut te verkiezen boven alle oliën rijk aan meervoudig onverzadigde vetzuren, die trouwens helemaal niet dienen voor verhitting zoals saffloerolie, sojaolie, maïsolie, zonnebloemol ie, lijnzaadolie en koolzaadolie. En dus ook meer geschikt om te verhitten dan oliën rijk aan mono-onverzadigde vetzuren zoals olijfolie en sesamolie. Kokosolie kan zelfs meerdere malen hergebruikt worden bij het frituren en is tot 2 jaar goed mits regelmatig filtreren.
In BioGezond hebben we het al vaak gehad over de schadelijke invloed van de transvetten, de voor het lichaam verstorende vetzuren die ontstaan door verhitting, harden en hydrogeneren van oliën rijk aan meervoudige onverzadigde vetzuren. Omdat kokosolie bij verhitting niet leidt tot schadelijke transvetzuren, is ze de ideale olie die bijdraagt tot het beschermen tegen ziektebeelden die voor een deel veroorzaakt worden door die slechte transvetten: hart- en vaatziekten, dementie (o.a. Ziekte van Alzheimer), depressiviteit, insulineresistentie, diabetes, overgewicht, BPH (goedaardige prostaatvergroting), menopauzale klachten, kanker, onvruchtbaarheid, artritis (gewrichtsontsteking), psoriasis….
Uiterst licht verteerbare MCFA’s
Wat kokosolie ook zo uitzonderlijk maakt, is het feit dat de middellangketenige vetzuren (MCFA’s) in vergelijking met de in de voeding zeer veel voorkomende langketenige onverzadigde en verzadigde vetzuren (uit vlees, vis, noten, zaden…) zo licht verteerbaar zijn. Vetten met langketenige vetzuren moeten namelijk eerst worden geëmulgeerd door galzouten, vervolgens door pancreasenzymen worden afgebroken tot glycerol en langketenige vetzuren,
dan in de zogeheten “chylomicronen” worden opgenomen om via de lymfevaten de lever te bereiken. De middellangketenige vetzuren daarentegen vergen geen tussenkomst van pancreasenzymen en gal uit de lever: ze worden in het bovenste deel van de dunne darm direct in de bloedstroom opgenomen om via de poortader de lever te bereiken en te worden verbruikt. Kokosolie is dus licht verteerbaar en belast de spijsvertering niet. Om die reden is kokosolie een
ideale vetbron bij: lever-, pancreas – en galziekten aandoeningen van het spijsverteringsstelsel zoals gastritis (maagwandontsteking), ulcus ventriculi en ulcus duodeni (maag- en duodenumzweren), chronische darmontstekingen met absorptiestoornissen zoals de ziekte van Crohn, Colitis ulcerosa en glutenallergie diverticulosis (darmuitstulpingen), bij spastisch Colon (prikkelbare darm) en bij constipatie ouderen en verzwakte mensen ondergewicht,
ondervoeding, zwakte.
Ideaal in een afvaldieet.
In BioGezond hebben we al vaak benadrukt dat vetten niet de hoofdoorzaak zijn van overgewicht. Meer nog, het strikt beperken van de vetten in een dieet kan zelfs op andere manieren obesitas in de hand werken. Nu is kokosolie zondermeer ideaal om in eenzelfde hoeveelheid andere vetstoffen te vervangen in een afvalprogramma bij obesitas (overgewicht) en dit om verschillende redenen:
- De middellangketenige vetzuren uit kokosolie kunnen net zoals koolhydraten als directe brandstof voor het lichaam worden gebruik: ze worden in het lichaam namelijk 3 maal sneller afgebroken dan langketenige vetzuren
- De middellangketenige vetzuren ondersteunen de schildklier, versnellen hierdoor het metabolisme en verhogen de thermogenesis (warmteproductie)
- Kokosolie brengt 2,5% tot 10% minder calorieën aan per gewichtseenheid aan vetten dan andere vetten: kokosolie bevat met 8,3 kcal per g minder calorieën per gewichtseenheid dan soja of saffloerolie (8,8 kcal/g) en dan olijfolie en boter (9,3 kcal/g)
- Er is van kokosolie 2 a 3 % minder nodig voor dezelfde structuureigenschappen als andere oliën, bijvoorbeeld waar 100 g sojaolie voor nodig is, volstaat 97,5 g kokosolie
- Kokosolie draagt bij tot een meer stabiele bloedsuikerspiegel, waardoor men minder behoefte heeft aan koolhydratenrijke tussendoortjes
Ook ideaal voor de sporter
Vanwege de sneller opneembare middellangketenige vetzuurketens, die bovendien in tegenstelling tot de langketenige vetzuurketens geen L-carnitine vergen om afgebroken te worden in spiercellen en die daarom beter als directe energiebron kunnen gebruikt worden, is kokosolie ook een ideale energiebron voor de sporter, zeker als de koolhydraten glucose en glycogeen opgebruikt zijn. Kokosolie bevordert trouwens ook de opname van tegelijk ingenomen eiwitten, waardoor het minder snel tot de afbraak van spiereiwitten komt en het algemene prestatievermogen bevorderd wordt.
Lager risico op hart-en vaatziekten!
Aanhangers van de klassieke dieetleer en belanghebbenden uit de margarine-industrie durven kokosolie als bron van verzadigde vetten slechts te noemen voor hart-en bloedvaten. Om te beginnen wordt deze stelling volledig ontkracht door epidemiologische studies die bij de topgebruikers van kokosolie veel minder doden door hart-en vaatziekten vaststellen. Verder ziet men, ondanks een lichte verhoging van het LDL-cholesterol een niet onbelangrijke stijging van het HDL-cholesterol door kokosolie. Het gevolg is dat zowel de verhouding totaal cholesterol/HDL-cholesterol, een betere indicatie voor het cardiovasculaire risico dan cholesterol zelf, ald de verhouding LDL/HDL-cholesterol wordt verlaagd. Vooral het laurinezuur in kokosolie blijkt voor deze werking in te staan. Nu hebben we in BioGezond al vaker gewezen op het relatieve belang van de cholesterolspiegel voor hart-en vaatziekten. Twee veel belangrijker eigenschappen van kokosolie dragen namelijk ook bij tot een bescherming van hart-en vaatziekten:
Kokosolie draagt door de niet oxidatiegevoelige en stabiele verzadigde vetzuren veel minder bij tot de ontsteking van de hart-en vaatwand (de eigenlijke oorzaak van hart-en vaatziekten) dan meervoudig verzadigde vetzuren en de transvetten daaruit-kokosolie verlaagt het lipoproteïne A of Lp(a), een niet zo gekende maar niet onbelangrijke risicofactor voor hart-en vaatziekten Verhoogt de weerstand, beschermt tegen schimmelinfecties. Regelmatig gebruik van kokosolie heeft ook een niet te verwaarlozen weerstandsverhogend effect, die in de eerste plaats van nut kan zijn ter bescherming tegen schimmels, zoals de overbekende candida. Meer dan de middellangketenige vetzuren zelf of de triglyceriden ervan, zijn de in de darm gevormde monoglyceriden van middellangketenige vetzuren namelijk zeer krachtige antimicrobiële verbindingen, die werken door de lipidenlaag van micro-organismen kapot te maken. Verder is caprinezuur een snelle doder van de schimmel Candida albicans; laurinezuur doodt al bij lagere concentraties maar er is wel een langere bloodstelling nodig. Uit laurinezuur en carprinezuur worden in het lichaam ondermeer de monoglyceriden monolaurine enmonocaprine aangemaakt, stoffen met een antivirale capaciteit die o.a. tegen herpesvirussen en het HIV-virus werkzaam zijn. Caprinezuur, laurinezuur en monolaurine remmen de bacterie Helicobacter pylori, die vaak aan de grondslag ligt van maagzweren: het monoglyceride van laurinezuur is zelfs rechtstreeks bacteriedodend tegenover Helicobacter pylori. Laurinezuur en monocaprine zijn ondermeer ook actief tegen Staphylococcus aureus. Monolaurine is werkzaam tegen de meeste virussen, die bij AIDS-patienten voor “oppertunistische” infecties zorgen, zoals het cytomegaalvirus…Aan een dosis van 3 a 4 eetlepers per dag (wel geleidelijk op de voeten door te beginnen met 3 a 4 theelepels per dag), kan kokosolie dan ook ingezet worden bij:
- Een zwakke weerstand
- De preventie van schimmelinfecties als spruw, ringworm, voetschimmel
- Overbelasting met candida, Candida syndroom
- De preventie van verkoudheden en grippale infecties, leverontsteking, blaasontsteking, oorontsteking, amandelontsteking), cariës (tandbederf),gynaecologische infecties de preventie van ulcus ventriculi (maagzweer) en ulcus duodeni (zweer van de 12vingerige darm)
- Chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) en fibromyalgie, als ondersteunend middel
- De preventie van parasitaire infecties, van worminfecties. Ook uitwendig toepasbaar. Om te beginnen voedt en beschermt kokosolie de huid, die trouwens van nature ook middellangketenige vetzuren afscheidt zoals laurinezuur. Kokosolie werkt hydraterend (vochtinbrengend) en verzacht de huid en de slijmvliezen. Ook uitwendig heeft kokosolie een antiseptische (ontsmettende) werking op de huid en slijmvliezen: zo remt ze ondermeer de ontwikkeling van schimmels.
- Kokosolie heeft ten slotte een mild ontstekingswerende werking op de huiden ze doet de haren meer glanzen.
Kokosolie kan dan ook ingezet worden:
- Bij droge huid, huidschilfers, roos, kloofjes
- Ter preventie van rimpels en vroegtijdige huidveroudering, o.a. door de zon
- Als natuurlijk deodorant
- Ter ondersteuning bij eczema, psoriasis, dermatitis
- Bij doffe, droge haren